Familie Rutgers

Home  >>  Geen categorie  >>  Familie Rutgers

Familie Rutgers

On augustus 16, 2017, Posted by , in Geen categorie, With No Comments

EEN KLEINE GESCHIEDENIS VAN DE WISKUNDIGEN VAN DE FAMILIE RUTGERS.[1]

Geschreven door Erik Lieuwens.

Al jaren doe ik onderzoek naar de geschiedenis van familie van vaderskant: de familie Lieuwens. Daar heb ik zeer veel informatie over, dat is te vinden op deze blog.Daarnaast heb ik ook onderzoek gedaan naar de familie van mijn moeder; de familie Rutgers. Mijn invalshoek bij het beschrijven van de familie Rutgers is de overerving van de aanleg voor/ interesse in de wiskunde. Zelf ben ik gepromoveerd in de wiskunde aan de Universiteit van Delft, en daardoor was ik een 3 ( of 4e ) generatie Rutgers-afstammeling, ook wiskundige.

Hieronder volgt een overzicht van mijn bevindingen van het familie Rutgers onderzoek:

Mijn moeder: Emilie Annie Rutgers (roepnaam Enny, vernoemd naar haar moeder) is geboren op 6 september 1913 in Amsterdam als tweede dochter van Johannes George (roepnaam George) Rutgers en Emilie Annie de Waal.

“ George” haar vader / mijn grootvader, was toen privaat docent wis- en natuurkunde – lector zouden we later zeggen- aan de Universiteit van Amsterdam. Mijn moeders’ s oudere zuster Elisabeth Rutgers (vernoemd naar de moeder van George) was 5 jaar eerder geboren op 7 januari 1907 in Alkmaar. In Alkmaar omdat haar vader / mijn grootvader George daar leraar wis- en natuurkunde was op het gymnasium van Alkmaar.

Mijn grootvader George ( geb. 5 mei 1880 in Den Bosch) was een zoon van Abram Rutgers en Elisabeth Kobus.Deze Abram Rutgers, zíjn vader ( en mijn overgrootvader) was leraar wis-en natuurkunde op het gymnasium in Den Bosch en had wis-en natuurkunde gestudeerd aan de Universiteit van Leiden. Hij is in 1870 – hij was toen 28 jaar – gepromoveerd in de wis-en natuurkunde op een proefschrift met als titel: “Over differentialen van gebroken orde en haar gebruik bij de afleiding van bepaalde integralen”.

De voorpagina van het proefschrift van Abram Rutgers; mijn overgrootvader.

 

 

 

 

 

George, mijn grootvader, heeft, net als zijn vader, wiskunde gestudeerd.In Utrecht, aan de Universiteit van Utrecht. Op 24-jarige leeftijd ( dus 4 jaar jonger dan zijn eigen vader ) is hij daar cum laude gepromoveerd in de wis- en natuurkunde. (8-7-1904) Net als het proefschrift van zijn vader droeg zijn proefschrift de titel :

“Over differentialen van gebroken orde en haar gebruik bij de afleiding van bepaalde integralen”.

De voorpagina van zijn proefschrift zag er als volgt uit:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

George – mijn grootvader – trouwde als 25-jarige – één jaar na zijn promotie als wiskundige – op 10 augustus 1905 met de 24-jarige Emilie Annie de Waal. Emilie was de dochter van Gerrit Jacob de Waal en Anna Maria Eberson. George’s / mijn grootvader eerste baan was wiskundeleraar aan het gymnasium in Alkmaar. Vervolgens werd hij privaat docent aan de Universiteit van Amsterdam. In 1914 werd hij benoemd tot hoogleraar in de wiskunde en toegepaste mechanica aan de Technische Hoogeschool Delft. Bij zijn ambtsaanvaardiging sprak hij een rede uit met als titel “ Omkeringproblemen in de wiskunde” . Vroeger heette het Polytechnische school. Nu heet het Technische Universiteit Delft. Het totaal aantal studenten in die tijd lag rond de 450. Nu in 2017 zijn er meer dan 20.000 studenten.

Na de benoeming van (mijn grootvader ) George tot hoogleraar aan de Technische Hoogeschool Delft, verhuisde hij met zijn gezin naar Delft. Hier George Rutgers met echtgenote Emilie Annie de Waal en hun twee dochters: rechts Bep de oudste, mijn moeder Enny in de kinderwagen.

Op deze foto staat mijn grootvader “ George” ( Johannes George) Rutgers met zijn moeder Elisabeth Kobus en zijn twee dochters. De oudste dochter Bep links, rechts mijn moeder Enny.

De foto is gemaakt omstreeks 1915 / 1916, waarschijnlijk in Delft. Bep was toen 8-9 jaar en mijn moeder was toen 2-3 jaar oud.

Mijn grootvader George Rutgers, gaf, als hoogleraar samen met paar andere wiskundige collega’s wiskunde colleges aan de studenten van de verschillende technische afdelingen van de TH. Er was op dat moment nog geen opleiding Toegepaste Wiskunde, die is in 1965 gestart.

Zijn onderwerp betrof voornamelijk de Beschrijvende Meetkunde. Daarnaast publiceerde hij vele wiskunde boeken. In 1916 twee jaar na zijn benoeming tot hoogleraar in Delft, overleed op 35- jarige leeftijd zijn vrouw Emilie Annie de Waal.George bleef achter met twee dochters Bep ( Elisabeth) 9 jaar en mijn moeder Enny drie jaar oud. De kinderen werden thuis waarschijnlijk opgevangen door een huishoudster. Drie jaar later (25 oktober 1919) hertrouwde George met de 31- jarige weduwe Anna Pijst. Samen kregen zij 7 jaar later een dochter, Carla.

Mijn grootvader George woonde in Delft in een huis dat met de achterkant van zijn tuin aan het kerkhof grensde waar zijn eerste vrouw was begraven. Wellicht daarom is het gezin naar Den Haag / Scheveningen verhuisd. Ditwas mede waarschijnlijk op aanraden van zijn collega / vriend professor dr. Frederik Schuh. George koos een huis naast zijn collega en vriend aan de van Boetzelaarlaan in Den Haag.Zijn vriend en collega Frederik Schuh was tevens ( sinds 1907) ] hoogleraar wiskunde en toegepaste mechanica aan de Technische Hoogeschool Delft. Ook hij publiceerde vele wiskundeboeken.George en Fred schreven samen het “Compendium der hoogere wiskunde” , een overzicht van de wiskunde op dat moment en vele andere wiskunde boeken.

Fred Schuh was een zeer actief auteur van vele wiskunde boeken en artikelen. In 1944 publiceerde hij een artikel over “Lehmer Totient Functie”. Interessant om te vermelden is dat ik, in 1970, ook over dit onderwerp een artikel publiceerde en daarin het resultaat van Frederik Schuh verbeterde.

Van 1933-1934 was mijn grootvader George Rector Magnificus van de TH Delft.

Het was toen gebruikelijk om jaarlijks van Rector Magnificus te wisselen.

Dit is een foto van een schilderij van George Rutgers als rector magnificus. Dit is gemaakt omstreeks 1933. Het schilderij is eigendom van de TH Delft.

 

 

 

 

Mijn moeder Enny en haar zuster Bep Rutgers. Deze foto is gemaakt omstreeks 1930-1935

 

 

 

 

De foto is gemaakt voor het huis aan de Prinses Mariannelaan 183 waar mijn grootvader Johannes George Rutgers met zijn vrouw woonden. De foto is gemaakt omstreeks 5 mei 1950 toen George 70 jaar werd.

De personen op de foto zijn op de achtste rij van links naar rechts Titia Mayer, daarnaast haar moeder Bep Mayer-Rutgers, hiernaast mijn moeder Enny Lieuwens Rutgers, daarnaast mijn broer Hugo Lieuwens, dan mijn stiefgrootmoeder Anna Rutgers-Pijst, daarnaast mijn grootvader Johannes George Rutgers en helemaal rechts staat Johan Mayer getrouwd met Bep Rutgers en vader van Titia en Radboud.

Op de voorste rij van links naar rechts sta ik, Erik Lieuwens licht gebogen; naast mij op de step zit mijn vader Hillebrand Andreas ( roepnaam Hip) Lieuwens, daar naast staat mijn zuster Anneke en uiterst rechts Radboud.

PERSOONLIJKE HERINNERINGEN:

Mijn grootvader George, ( Johannes George) is op 7 december 1956 op 76- jarige leeftijd overleden. Zijn vrouw Anna Rutgers-Pijst is 18 jaar later – op 3 augustus 1973 overleden. Zij was toen 86 jaar. Zij bleef wonen in het huis waarin ik mijn grootvader bezocht.

Ik heb mijn grootvader gekend. Hij was altijd een aardige man. Later heeft hij helaas een herseninfarct gehad waardoor hij niet meer kon praten en hij slechts kon communiceren via het schrijven van woorden. In die tijd heb ik hem, vergezeld door mijn moeder, regelmatig bezocht. Bij die gelegenheden kreeg ik ook veel boeken van hem met name over de wereldgeschiedenis. Deze boeken koester ik nog steeds.

Als laatste generatie wiskundige nu over mij: ( wie weet wie mij nog opvolgt als wiskundige van de familie Rutgers):

Ik heb niet meteen gekozen voor de studie wiskunde, dat heb ik via een omweg gedaan. Op de middelbare school was ik “ te dartel” zoals een aardige docent mij later toevertrouwde, daarom kon ik niet meteen universitair studeren maar ben eerst ( in 1962 ) afgestudeerd aan de HTS in Dordrecht afdeling Scheepsbouwkunde.Toen kreeg ik een baan op het Ministerie van Defensie / Marine bij de afdeling scheepsbouw, sectie onderzeeboten in Den Haag. Maar de interesse in wiskunde was er altijd, daarom was ik tijdens de HTS een schriftelijke cursus wiskunde MO-A begonnen. Deze cursus zou leiden tot een beroep als wiskundeleraar.

Niet dat ik dat wilde, maar het was de enige mogelijkheid om wiskunde te studeren buiten de universiteit, en ik spiegelde me toen ook aan mijn grootvader(s). Steeds meer voelde ik me aangetrokken tot een studie wiskunde, daarbij kwam dat ik niet kon warmlopen voor het werk bij de afdeling onderzeeboten van de Marine.Een belangrijke beslisfactor is ook geweest mijn contact met Prof. Dr. Frederik Schuh. Met behulp van mijn moeder, die hem natuurlijk lang kende, heb ik met hem contact opgenomen. Ook hij woonde nog steeds op de van Boetzelaarlaan in Den Haag.

Samen met mijn moeder ben ik medio 1965 bij hem op bezoek geweest.Hij was toen 90 jaar oud maar leek nog een actieve man. Ik herinner mij vooral uit het gesprek met Fred Schuh ( Professor Dr. Frederik Schuh ) dat hij mij er op wees, dat een aangeboren wiskundige aanleg geen garantie was voor een succesvolle studie wiskunde. Hij benadrukte dat “Het gaat om de inspanning en de oefening die bepalend zijn.” Een zeer wijs advies.

In mei 1965 heb ik in Delft op de TH een gesprek mogen hebben met Prof Dr. O. Bottema, hoogleraar wiskunde en toegepaste mechanica, een oud collega en goede vriend van mijn grootvader George. Hij had op de begrafenis van mijn grootvader gesproken.Hij raadde mij aan om te stoppen met Wiskunde MO-A om me geheel te richten op de eerste twee TH wiskundetentamens, omdat deze veelal een groot struikelblok waren voor eerstejaars studenten.

Met al deze informatie op zak, besloot ik vervolgens – in goed overleg met mijn werkgever om fulltime toegepaste wiskunde te gaan studeren aan de Technische Hogeschool Delft ( nu Technische Universiteit Delft). Het Ministerie van Defensie was – na uitgebreid overleg – zo vriendelijk om mij een studiebeurs voor 5 jaar aan de TH Delft te geven.

De studierichting Toegepaste Wiskunde was sinds kort mogelijk in Delft; eerst diende men een propedeuse bij een andere studie-afdeling te behalen, daarna was de studie Toegepaste Wiskunde pas toegankelijk. Ik koos natuurlijk voor een propedeuse Scheepsbouwkunde.Ik moest me toen prepareren op twee wiskunde tentamens als onderdeel van de propedeuse bij de afdeling scheepsbouwkunde. Dat heb ik via zelfstudie gedaan, met behulp van een privé wiskundeleraar in Den Haag.

Daarnaast moest ik – toen nog – een toelatingsexamen voor de TH Delft doen, dat was een separaat examen. In september 1965 ( ik was intussen ook nog getrouwd) schreef ik mij in – voor de propedeuse – als student Scheepsbouwkunde aan de TH Delft, en behaalde de propedeuse 1 en 2 binnen een jaar. Ik had haast: ik had maar 5 jaar om te studeren , maar dat was geen probleem. Ik studeerde binnen drie jaar af ( 1968) in de Toegepaste Wiskunde, en in de resterende tijd die ik had, ben ik gepromoveerd.

In april 1971, promoveerde ik (met 31 jaar iets ouder dan mijn grootvaders) op het proefschrift met de titel “ Fermat Pseudo Priemgetallen” . Deze term werd hiermee geïntroduceerd in de wiskunde als een begrip.

 

Mijn proefschrift gaat over een omkeringprobleem van de kleine stelling van Fermat. Deze stelling heeft betrekking op priemgetallen.

 

 

 

 

 

OVERZICHT VAN DE FAMILIE RUTGERS.

 

Herman Heinrich (Harman) RÖttgers (Rutgers) werd geboren op 2 juni in 1717 in Langerich, Graafschap Tecklenburg in Duitsland. Hij was een zoon van Hermann Wilm Daveke en Anna Margaretha Maria Röttger. Hij is overleden in 1794 in Moerkapelle ( ligt bij Alpen a/d Rijn. Hij is in 1758 getrouwd met Maria de Best. Uit dit huwelijk is o.a. in 1759 Johannes (Jan) Rutgers geboren.

JOHANNES RUTGERS (1759-1826) is op 30-9-1759 geboren in Moerkapelle. Zijn eerste huwelijk in 1788 was met Geertje Meurs (op 32 jarige leeftijd overleden). Vele kinderen uit dit huwelijk zijn dood geboren. Daarna is Johannes in 1797 getrouwd met Johanna Hoogendoorn uit Waarder. Uit dit huwelijk zijnvele kinderen dood geboren of zeer jong overleden, slechts drie kinderen leefde langer, Abram Rutgers geboren in 1801, Hendrik in geboren 1812 en Hendrica geboren in 1813.

ABRAM RUTGERS (1801-1886) is geboren op 9 mei 1801 in Alpen en Rietveld (in de buurt van Alpen a/d Rijn), overleden 15 juli 1880 in Aarlanderveen. Hij is in 1828 getrouwd met Dingema van den Hoek ( geboren 1807 in Alphen en Rietveld, overleden op 8 januari 1894 in Aarlanderveen). Abram Rutgers was aannemer. Uit dit huwelijk zijn 12 kinderen geboren, zoals gebruikelijk was in die tijd zijn vele kinderen doodgeboren of reeds snel overleden. De langst levende kinderen waren in1830 Joost Rutgers, in1834 Marinus Rutgers geboren, hij werd timmerman, net als zijn vader, hij trouwde in 1861 met Cornelia Zilverden, een dochter van een boomkweker, in 1840 Johanna Maria Rutgers en in 1842 werd Abram Rutgers geboren.

ABRAM RUTGERS (1842-1917) werd op geboren 13 mei 1842 in Aarlanderveen. Hij studeerde Wis- en Natuurkunde aan de Universiteit van Leiden en is daar in 1870 gepromoveerd in de wis- en natuurkunde. Hij is overleden op 18 augustus 1917 in Utrecht. Hij was wiskunde en/of natuurkunde leraar achtereenvolgens in Brielle, Amsterdam, s’Hertogenbosch en Utrecht.

Hij is in 1869 getrouwd met Elisabeth Oosthoek. Uit dit huwelijk zijn geboren:

In 1870 Hendrika Louise Rutgers, in 1871 Johannes Rutgers en in 1873 in Brielle Dingena Adriana Rutgers. Elisabeth Oosthoek is overleden in 1976 in Amsterdam

Hij is op 26 juli 1877 gehuwd met Elisabeth Kobus (geboren ca 1850 in Deventer, haar vader was hoofdonderwijzer, zij is overleden in 1926). Kinderen uit dit huwelijk zijn:

Abram Rutgers geboren in Amsterdam in 1878, hij is in 1906 gepromoveerd aan de Universiteit Utrecht in de letteren en wijsbegeerte op het proefschrift De Eumene Cardiano. Hij was leraar oude talen aan het instituut Prins en het meisjeslyceum in Amsterdam. Hij vertaalde Plato’s verdediging van Socrates. Overleden op 14 mei 1944 in Wenen. Hij was gehuwd met Lijdia Adriaantje Cornelia Kroef. Ze hadden een dochter Elisabeth Rutgers, geboren in 1911 en een zoon Abram Rutgers (1913-1989). Deze Abram is bekend om zijn vele boeken over tropische vogels.

Johannes George Rutgers geboren in 1880 in s’Hertogenbosch, in 1904 gepromoveerd in wis en natuurkunde in Utrecht, verder zie boven

Marinus Rutgers geboren in 1882 in s Hertogenbosch ,

Anna Antonia Hendrika Louise Rutgers geboren op 9 5 1883 in Utrecht

Johannes Rutgers geboren op 20-11-1890 in Utrecht , hij is in 1913 gepromoveerd in de rechtswetenschappen op het proefschrift Thesus Juridicae Inaugurales, hij was secretaris van de volkspartij voor democratie.

 

 

 

JOHANNES GEORGE RUTGERS (1880-1956)

Mijn grootvader Johannes George Rutgers,

Johannes George Rutgers is in 1905 getrouwd met Emilie Annie de Waal.

Uit dit huwelijk zijn twee kinderen geboren:

-Elisabeth Rutgers op 7 januari 1907 in Alkmaar. Zij is op 22 jarige leeftijd op 27-11-1929 getrouwd met dr. ir. A.W.J. Mayer, mijnbouwkundig ingenieur.

– Emilie Annie Rutgers geboren 6 september 1913 in Amsterdam. Zij is op 17 september 1937 getrouwd met Hillebrand Andreas Lieuwens.

Uit dit huwelijk zijn drie kinderen geboren Willem Hugo George in 1938, Erik in 1940 en Anne Dorothea Emelie in 1943.

Na het overlijden van zijn eerste vrouw is George in 1919 hertrouwd net Anna Pijst. Uit dit huwelijk is een dochter Carla op 1 januari 1926 geboren. Zij trouwde met Ronald Olivier, Dr in de Scheikunde.

In deze familie zijn in vier generaties zover ik weet 5 leden gepromoveerd. Waarschijnlijk meer. Dat is uniek.

–            Abram Rutgers (geboren 1842) in 1870 gepromoveerd in de wis- en natuurkunde

–            Abram Rutgers (geboren 1878) in 1906 gepromoveerd in de letteren en -wijsbegeerte

–            Johannes George Rutgers (geboren 1880) in 1904 gepromoveerd in de wis-en natuurkunde

–            Johannes Rutgers (geboren 1890) in 1913 gepromoveerd in de rechtswetenschappen

–            Erik Lieuwens (geboren 1940) in 1971 gepromoveerd in de wiskunde.

Dit terzijde:

Rutgers University.

In december 1825 heeft het bestuur van het Queen’s College in New Brunswick, New Jersey in de Verenigde Staten van Amerika hun college de naam Rutgers gegeven, ter ere van Henry Rutgers. Henry Rutgers was een ouderling in de Dutch Church, hij was voorzitter van het bestuur van het College. Hij kwam uit een oude New York Nederlandse familie. Hij was eigenaar van veel grond in New York. Hij was een kolonel in het Amerikaanse leger en had verschillende belangrijke overheidsposities in New York gehad. Hij was vrijgezel en had $ 5.000 geschonken aan het College. De centrale bel die nog steeds in het Old Queens gebouw van Rutgers University hangt is ook door hem geschonken. Verder hoopte het bestuur dat hij nog meer zou schenken, maar dat is niet gebeurd. Later is dit College een universiteit geworden en het heet nu Rutgers University.

Henry Rutgers (1745-1830) was een zoon van Hendrick Rutgers en Catharina de Peyster, hij was een achter kleinzoon van Rutger Jacobse die in 1636 naar Amerika emigreerde, hij kwam uit het plaatsje Schoonderwoerd bij Gorinchem. Een uitgebreide levensbeschrijving van Henry Rutgers kun je vinden onder Benevolent Patriot: Henry Rutgers, 1745-1830 Rutgers University.

Zover ik kan nagaan behoort hij niet tot onze familie Rutgers.

 

 

[1] Een wiskundige familie, overgrootvader, grootvader en zelf alle drie gepromoveerd in de wiskunde

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *